Veelgestelde vragen

Heeft u een vraag die hier niet tussen staat?
Stel uw vraag dan aan ons via het contactformulier

U kunt telefonisch of aan de balie een afspraak maken voor een consult voor uw huisdier. We maken afspraken 's morgens tussen 8.30 en 12.30 uur en 's middags tussen 14.00 en 16.30 uur. Op maandag en donderdag kunt u ook in de avond tussen 17.30 en 19.30 een afspraak maken. Bij het maken van de afspraak vragen wij altijd naar de reden van het bezoek, zodat wij voldoende tijd voor u en uw dier kunnen reserveren. U kunt ons bereiken op 023-5310880.

Indien u de gemaakte afspraak niet na kunt komen, vragen wij u deze tijdig telefonisch af te zeggen.

Wij zullen kosten in rekening brengen voor niet nagekomen afspraken.

 

Pups moeten gewoonlijk op 6 weken voor het eerst gevaccineerd worden. Met deze vaccinatie worden zij tegen hondenziekte en Parvo beschermd. Op 9 weken krijgen zij de vaccinatie tegen de Ziekte van Weil, Parvo en Kennelhoest (Para-influenza en Bordetella). Dan herhalen we op 12 weken de hondenziekte, leverziekte, Parvo en Ziekte van Weil.
Op één jaar leeftijd wordt de bovengenoemde cocktail met kennelhoest herhaald. Daarna is het bij het vaccin dat wij gebruiken nodig om éénmaal per jaar te vaccineren tegen de Ziekte van Weil en kennelhoest en éénmaal in de drie jaar te vaccineren tegen hondenziekte, leverziekte en Parvo. Indien u uw hond mee wilt nemen naar het buitenland moet hij/zij tegen rabiës gevaccineerd worden. Dit kan pas vanaf 12 weken leeftijd, de vaccinatie moet 21 dagen inwerken voordat deze geldig is om mee te reizen. 

Kittens moeten gewoonlijk op 9 weken voor het eerst gevaccineerd worden. Met deze vaccinatie worden zij tegen katten- en niesziekte beschermd. Deze moet op 12 weken en op één jaar leeftijd herhaald worden. Daarna is bij het vaccin dat wij gebruiken een éénmaal per jaar tegen niesziekte en eenmaal per drie jaar tegen kattenziekte binnen Nederland voldoende. Indien u uw kat mee wilt nemen naar het buitenland moet hij/zij tegen rabiës gevaccineerd worden.

Kittens worden op ongeveer 6 maanden leeftijd volwassen, ze kunnen dan ook geslachtsrijp worden. Sommige kittens zijn echter al vanaf 4 maanden geslachtsrijp. Pas op een leeftijd van 14 maanden zijn alle botten uitgegroeid en op ongeveer 3 jarige leeftijd zijn ze volledig volgroeid. Katers kunnen katergedrag gaan vertonen als ze geslachtsrijp worden. Meestal beginnen ze hun territorium te markeren door middel van sproeien. We adviseren te wachten met castratie tot na 6 maanden, maar als hij voor die leeftijd al sproeit dan wijken we van dat advies af. Sproeit hij helemaal niet dan kan er ook nog gewacht worden.

Poezen worden krols als ze geslachtsrijp zijn. Krolsheid is de periode waarin uw poes gedekt kan en wil worden. Uw poes kan het hele jaar door krols worden, maar in het voor- en najaar komt het het meeste voor. Poezen steriliseren we vanaf 6 maanden leeftijd.

Paracetamol en aspirine mogen beslist niet aan onze huisdieren gegeven worden! Paracetamol is zelfs giftig voor katten! Er zijn genoeg alternatieven die op voorschrift van een dierenarts gegeven kunnen worden.

Het geven van keukenzout wordt op internet nog steeds genoemd als een alternatief om uw dier te laten braken. Het gebruik van zout wordt tegenwoordig sterk afgeraden als braakmiddel vanwege het risico op een zoutvergiftiging.
Zout heeft een irriterende werking op het slijmvlies van het maag-darmkanaal. Dit leidt tot braken en diarree en het verlies van eetlust. Er ontstaan zweren op het slijmvlies van maag en darmen. Door de hoge concentratie van het zout in het bloed wordt er vocht onttrokken aan allerlei cellen. Dit leidt tot oedemen. Wanneer ook de zoutconcentratie in de hersenen stijgt dan leidt dit ook hier tot een beschadiging van cellen, bloedingen en infarcten met neurologische klachten (zoals epilepsie) tot gevolg. Recent zijn 2 gevallen beschreven waarbij het geven van zout fataal afliep. Beide honden overleden aan de gevolgen van een zout vergiftiging. Toxische effecten kunnen al optreden vanaf 1,9 gram per kg lichaamsgewicht. Als deze hoeveelheden niet leiden tot braken is de gevaarlijke grens snel bereikt. Bij hersenverschijnselen (zoals epilepsie) is de prognose erg slecht.

Hoe laat ik mijn dier dan wel laten braken?

Ten eerste zullen we bespreken of het wel verstandig is om een dier te laten braken. In sommige gevallen kan een scherp voorwerp of een bijtende stof nog meer schade aanbrengen als deze nogmaals door de slokdarm gaat. Als we besluiten het dier te laten braken doen we dat met een injectie die braken opwekt, we kunnen dan meteen controleren of het “verdachte” voorwerp daadwerkelijk is uitgebraakt. Na deze injectie zullen we een medicijn geven wat het misselijke gevoel weer opheft.

Katten braken vaak haarballen. Dit is vaak op te lossen met een haarbalpasta. Deze is vrij aan de balie verkrijgbaar. Er kunnen ook andere redenen zijn dat uw kat braakt. Het is verstandig om uw kat vaker kleine beetjes eten te geven, omdat zij last kunnen hebben van maagzuur. Wanneer uw kat blijft braken, niet wil eten of veel drinkt is het verstandig om langs te komen.

Diarree zien we vaak bij honden wanneer ze iets 'vreemds' gegeten hebben. Dit kan iets van de straat zijn, zeewater of bijvoorbeeld een wisseling in de voeding. De gemiddelde hond heeft een spijsverteringssysteem dat vrijwel altijd in de hoogste staat van paraatheid is. Wanneer er dus iets anders dan de gebruikelijke voeding binnen komt, kan dat van slag raken. Meestal is een paar dagen lichtverteerbare voeding dan voldoende. Dit geldt echter niet wanneer een hond naast diarree ook echt ziek is of braakt. In dat geval is het verstandig om te bellen voor een afspraak.

Katten kunnen net als mensen verkouden zijn en daarbij gaan niezen. Er is dan niet meteen sprake van niesziekte, maar we moeten daar wel bedacht op zijn. Als uw kat continu zit te niezen, een snotneus en of uitvloeiing van de ogen heeft is het verstandig om langs te komen. Als katten een verstopte neus hebben kunnen ze minder goed ruiken en daardoor stoppen met eten. Het is voor katten niet goed als ze langer dan 1 dag niet eten!

Er zijn geen standaard antibiotica oogzalfjes vrij verkrijgbaar. Hiervoor zult u eerst op consult moeten komen. Dit is vooral omdat niet iedere oogzalf geschikt is voor iedere aandoening. Zo zou het zelfs erger kunnen worden door de verkeerde zalf! Wel kunt u een vitamine A oogzalf halen aan de balie. Deze zal bijdragen aan het natuurlijk herstel van het oog en kan verder geen kwaad.

Wanneer u vermoedt dat uw hond een oorontsteking heeft kunt u het beste bellen voor een afspraak. Tenslotte is geen oor hetzelfde en kunt u er vaak niet goed in kijken. Met een otoscoop (oorkijker met lampje) kijken wij in de diepte van het oor van uw huisdier. Zo kunnen wij het onderscheid maken tussen een ontsteking, een vreemd voorwerp, oormijt, een poliep of een prop oorsmeer die in de weg zit. Daar zullen wij de therapie op aanpassen. Het is zelfs mogelijk dat er een gaatje in het trommelvlies zit. In een zodanig geval mag er helemaal niet gezalfd worden! Als uw dier gevoelig is op de oren kan het handig zijn dat u deze af en toe schoonmaakt. Hiervoor zijn vetvrije oorreinigers verkrijgbaar aan de balie. Zo schudt de hond of kat het vuil naar de oorschelp en kunt u het daar met een doekje verwijderen. U mag nooit met wattenstokjes de gehoorgang schoonmaken, omdat daarmee het vuil alleen maar dieper geduwd wordt.

De term "dierenziekenhuis" is vooral bekend van tv. In een dierenziekenhuis werken net als in een dierenkliniek eerstelijns dierenartsen en opgeleide paraveterinair dierenartsassistenten. "Dierenziekenhuis" wekt de indruk dat er specialisten aanwezig zijn, dit is echter niet het geval. Voor specialistisch hulp zult u worden doorverwezen naar een specialist.

Op alle (behandelings)overeenkomsten zijn van toepassing de Algemene voorwaarden van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde, gedeponeerd ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Utrecht onder nummer 22/2008.