Ademhalingsproblemen zijn de meest voorkomende aandoeningen bij ratten. Meestal worden deze veroorzaakt door bacteriën, waaronder voornamelijk Mycoplasma. In veel minder gevallen spelen virussen en anderen bacteriën een rol. Vaak is het een combinatie van meerdere ziekteverwekkers die tot duidelijke klachten leidt. Dit kan leiden tot chronische ademhalingsklachten of bacteriële pneumonie (bacteriële longontsteking).
Chronische ademhalingsklachten
Chronische ademhalingsklachten worden in hoofdzaak door Mycoplasma Pulmonalis veroorzaakt. Ratten kunnen hier 2-3 jaar mee overleven. Klinische symptomen verschillen sterk, en vaak zijn er aan het begin van de infectie geen symptomen zichtbaar. Symptomen die we vroeg in de infectie zien zijn snuiven, neusuitvloei, een snellere ademhaling, gewichtsverlies, gebogen houding, kopschudden, slechte vacht en rode traanvloei. Soms kan een röntgenfoto van de borstholte helpen om de diagnose te stellen.
Of ziekteverwekkers ook een infectie gaan geven hangt van veel factoren af. Zo speelt onder andere de ammoniak-concentratie (afkomstig van urine) in het hok een grote rol. Hygiëne van het hok is dus erg belangrijk. Ook het tegelijkertijd aanwezig zijn van bepaalde virussen verhoogt de kans op ziekte. Gevoeligheid voor infecties verschilt per dier, en is genetisch vastgelegd. Ook zijn er verschillende soorten Mycoplasma-stammen die meer of minder ziekteverwekkend zijn. Tekorten aan vitamines A en E verhogen de kans op een Mycoplasma-infectie.
Therapie
Vroeger werden ratten met ademhalingsklachten behandeld met antibiotica in het water. Dit is achterhaald, er komt op die manier onvoldoende antibiotica effectief in het bloed en het longweefsel terecht. Tegenwoordig kiezen we vaak voor een combinatie van meerdere soorten antibiotica, die als vloeistof in het bekje worden ingegeven. Bacteriën (waaronder Mycoplasma) zijn gevoelig voor deze therapie, maar de virussen zijn dit niet. Vaak hebben ratten een hoge eigen afweerrespons tegen Mycoplasma, wat de schade aan de luchtwegen alleen maar groter maakt. Antibiotica zal dus in veel gevallen de klachten niet oplossen maar wel verlichten. Zoals eerder gezegd is een goede hygiëne van groot belang.
Chronische infectie
Een acute infectie kan overgaan in een chronische infectie. Symptomen hiervan zijn een middenoor-infectie (via de buis van Eustachius), opstapeling van ontstekingsvocht in de luchtwegen en zelfs schade van het longweefsel zelf. Er kunnen abcessen ontstaan in het longweefsel. Bij deze patiënten geven we soms een luchtwegverwijder (bronchodilators) en middelen tegen ontsteking (corticosteroïden).
Bacteriële longontsteking
Bacteriële longontsteking (pneumonie) wordt bijna altijd veroorzaakt door S. Pneumoniae. Een verlaagde weerstand door andere aandoeningen (suikerziekte, tumoren, tekorten aan voedingsmiddelen) maakt de kans op bacteriële longontsteking groter. Jonge ratten maken meestal een ernstigere ziekte door dan oudere ratten. Vaak zien we plotse sterfte, zonder eerst ademhalingsklachten te hebben gezien. Bij volwassen ratten zien we vaak een bemoeilijkte ademhaling, gesnif en een ademhaling waarbij de buikspieren meedoen. Rond de neusgaten en op de pootjes kan een etterige vloeistof gezien worden. Wanneer de bacterie zich verspreid via het bloed kunnen ook andere organen aangetast raken. Om de precieze diagnose te stellen, moet de neusuitvloei onderzocht worden op welke bacterie deze klachten geeft. In de praktijk gebeurt dit niet snel. Meestal zetten we antibiotica in. Voor deze aandoening wordt een ander antibioticum gebruikt dan voor chronische ademhalingsklachten veroorzaakt door Mycoplasma.