Is jouw kat een angsthaas? Zo help je hem aan zelfvertrouwen

Komt deze situatie je bekend voor? De deurbel gaat en je kat verdwijnt meteen in een donker hoekje. Waar komt die angst vandaan? En hoe kun je een angsthaas helpen?

Angst in al zijn verschillende vormen is helaas een veel voorkomend probleem bij katten, het is zelfs zo gangbaar dat katten met een angststoornis voor normaal worden aangezien.
In veel situaties is het natuurlijk slim om voorzichtig te zijn of om angst te voelen, vooral als je een klein dier bent zoals een kat. Maar wanneer die angst in geen enkel opzicht iets te maken heeft met de daadwekelijke ‘bedreiging’, of als hij de hele dag gaat beheersen, dan heeft hij geen zin meer en wordt hij een belasting, een psychische aandoening om precies te zijn. Vroeg of laat resulteert deze toestand in chronische stress, wat een nadelig effect heeft op de geestelijke en lichamelijk gezondheid. Daarom is het belangrijk om een overschot aan angst tijdig te herkennen en serieus te nemen.

De start in het leven legt de basis voor latere angsten

Angst is een normale emotie en angstgedrag is bij katten aangeboren. Maar in de eerste levensweken tijdens de socialisatieperiode zijn kittens nog nieuwsgierig, leergierig en staan ze open voor allerlei verschillende ervaringen. Ze leren in die tijd van alles voor de rest van hun leven, wat gevaarlijk is en je dus uit de weg moet gaan, wat amusant is en ongevaarlijk. Hoe meer een kitten in die levensfase leert over zijn omgeving en zijn sociale partners, zoals andere katten, honden en natuurlijk mensen, des te beter! Later kan de volwassen kat terugvallen op deze ervaringen, een situatie beter inschatten en er makkelijker iets bij leren.

Het gedrag van de moederpoes is het voorbeeld

Het belangrijkste voorbeeld in de eerste levensweken is de moederpoes. Voor een kitten is het vanzelfsprekend zijn moeder te vertrouwen, als ze waarschuwt voor gevaar. Met een overbezorgde of angstige moeder overschaduwen de waarschuwingen de speelsheid van de kittens, zelfs als kittens onder de hoede van de mens zijn. Het gevoel van ‘je weet maar nooit’ en ‘beter angstig dan teveel vertrouwen’ nemen de kittens ook mee in hun latere leven.
Ook de ervaringen en belevenissen die een kitten opdoet met mensen en zijn omgeving, spelen een zeer grote rol tijdens de gevoelige fase van de eerste levensweken. In tegenstelling tot jonge honden worden kittens slechts bij uitzondering opgevoed of gesocialiseerd. Ze ontwikkelen zich meestal grotendeels onbeïnvloed in een natuurlijke omgeving, waarna de mensen met zijn complexe alledaagse leven toch behoorlijk wat eisen aan de diertjes stelt, vaak te veel.

Is het echt zo dat katten niet kunnen leren?

Leren blijf je gelukkig altijd doen en natuurlijk kunnen ook katten later in hun leven nog wat aan- of afleren, mits zij juist gestuurd worden en gezonde voeding krijgen. Maar het gaat vaak moeizaam en het duurt lange tijd. Angst in de omgang met verschillende levenssituaties is vaak voor altijd.
Een eerste stap is het erkennen van de angst van de kat en het feit dat het dier hulp nodig heeft. Vroeg of laat ontwikkelen veel katten symptomen zoals blaasontsteking of onzindelijkheid, markeergedrag of agressie, maar hun welzijn is allang in het geding voordat de kwaaltjes of gedragsveranderingen een probleem gaan vormen voor de mens.

Katten zijn gewoontedieren, ze hebben zekerheid nodig

Hoe eerder een kat met een angststoornis behandeld wordt, des te groter is de kans op succes. De leefomgeving van een kat en zijn dagelijkse rituelen (qua tijd en locatie) moeten hem zekerheid bieden. Hij heeft voorspelbaarheid nodig en het gevoel dat hij controle uitoefent. Een verhoogde zitplaats en een verstopplekje uit het zicht dragen bij aan emotionele stabiliteit.
De voor de hand liggende verstopplekjes en terugtrekruimtes achter de kast of onder het bed zijn meestal niet geschikt voor een kat om zich optimaal te ontspannen. Op die plekken zitten katten vaak vele uren in de verdrukking of in een gespannen lichaamshouding, zonder enige vorm van comfort en behaaglijkheid.

Advies en hulp vragen bij de dierenarts

Soortgericht bezig zijn is een andere manier om een kat meer zelfbewustzijn te geven. Katten zijn geboren jagers en als je ze laat doen wat ze het beste kunnen, worden ze daar vrolijk en ontspannen van. Regelmatig interactief spel met kleine ‘prooien’, die zich realistisch bewegen, zonder ongeduld of verwachtingen kunnen zelfs angstige katten op een bepaald moment niet weerstaan. In extreme gevallen kan de verlammend angst met oplosbare preparaten behandeld worden. De beste medicijnen halen helaas niets uit als de kat ze niet opneemt of als het innemen van de medicijnen zoveel stress veroorzaakt, dat het positieve effect verloren gaat bij de dagelijkse strijd om het toedienen van tabletten. Wat dat betreft zijn voor angstige katten alle maatregelen die geen direct contact vereisen in principe beter. Supplementen zoals enkele aminozuren, bepaalde eiwitten, onverzadigde vetzuren of plantaardige stoffen bevorderen de psychische ontspanning en smaken meestal ook erg goed.
Met feromonentherapie kan het emotionele welzijn van de kat direct worden beinvloed, zonder het dier aan te raken, omdat de geurmoleculen meteen effect hebben op de gevoelens.

Echt waar: angst voorkomen is leuk!

Voor een leven zonder constante angst moeten kittens zo vroeg mogelijk gesocialiseerd en opgevoed worden en veel positieve ervaringen opdoen voor het leven. Onder andere:

  • dagelijks samen spelen en altijd vriendelijk bejegend worden, inclusief het voorzichtig oppakken en knuffelen met verschillende mensen;
  • geluiden leren kennen uit de omgeving, zoals de stofzuiger, mixer, boormachine en spelende kinderen - en aan de muziekinstallatie op verschillende geluidssterktes;
  • verschillende soorten voer en smaken uitproberen;
  • nieuwe spannende dingen zoals kartonnen dozen, niet-giftige planten en veertjes besnuffelen en onderzoeken;
  • tripjes naar andere (veilige!) plekken, om transport en nieuwe omgevingen mee te maken.

Bron: Hart voor Dieren september 2018

Op alle (behandelings)overeenkomsten zijn van toepassing de Algemene voorwaarden van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde, gedeponeerd ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Utrecht onder nummer 22/2008.