De schildklier is een orgaan met 2 lobben, dat naast de luchtpijp in het keelgebied ligt. De voornaamste taak van de schildklier is het produceren van het schildklierhormoon, ook wel T4 genoemd. De belangrijkste functie hiervan is het reguleren van de stofwisseling. De stofwisseling of metabolisme bepaalt de snelheid van het verbruik van voedingsstoffen en energie. Bij een trage stofwisseling wordt amper energie verbruikt en zal het dier dus sneller vet opslaan en dikker worden. Bij een snelle stofwisseling wordt juist alle energie snel opgebrand en zullen alle vetreserves gebruikt worden.
Het meest voorkomende probleem van de schildklier bij de kat is de overproductie van het schildklierhormoon, deze aandoening heet hyperthyreoïdie. De schildklier werkt dus eigenlijk te snel en veroorzaakt zo een snellere stofwisseling in het lichaam.
Oorzaak hyperthyreoïdie
De overproductie van de schildklier komt in 98% van de gevallen door een goedaardige tumor, in slechts 2% door aan kwaadaardige tumor. De onderproductie van het hormoon (hypothyreoïdie) komt zeer zelden bij katten voor en zien we veel vaker bij honden.
In ongeveer 80% van de gevallen zijn beide lobben van de schildklier overproductief. In ongeveer 20% is 1 lob overproductief. In enkele gevallen is er sprake van een ectopische schildklier, hierover later meer.
Voorkomen
Hyperthyreoïdie komt vooral voor bij oudere katten, vanaf 8 jaar. Het meest zien we hyperthyreoïdie rond de 13 jaar. Hyperthyreoïdie komt relatief vaak voor bij oudere katten.
Symptomen
De belangrijkste symptomen komen door de overproductie van het hormoon.
- Afvallen, terwijl uw kat vaak juist heel veel eet en zelfs zeurt om eten
- Veel drinken en veel plassen
- Braken, vaak door te snel eten; diarree
- Gedragsverandering: hyperactiviteit ondanks hoge leeftijd, agressiviteit en veel miauwen
- Op andere plekjes slapen, vaak op een koude ondergrond, dit komt door warmte intolerantie
- Snellere hartslag
Bij sommige katten komen andere symptomen voor, die passen dan meer bij de apathische hyperthyreoïdie. Hierbij eet de kat niet, wordt slomer en vertoont spierzwakte.
Doordat de stofwisseling sneller gaat door het overschot aan schildklierhormoon, moeten alle organen in het lichaam sneller werken. Er kunnen dan ook slijtage klachten ontstaan van andere organen. Het hart moet sneller kloppen door de schildklier en zo ontstaat er meer slijtage door overbelasting. Door het sneller kloppen kan ook een verhoogde bloeddruk ontstaan, deze bloeddrukstijging kan complicaties geven in de vorm van oogproblemen (bloedingen, plotselinge blindheid), nierfalen of hersenproblemen.
Ook de nieren worden overbelast doordat ze harder moeten werken. De nieren zijn al gevoeliger voor slijtage bij oudere katten en zo krijgen de nieren een extra belasting en een groter risico op nierfalen.
Diagnose
De meest eenvoudige manier om hyperthyreoïdie vast te stellen is door middel van bloedonderzoek, hierbij wordt bij katten de totale hoeveelheid schildklierhormoon bepaald. De normaalwaardes van de totaal T4 bij een kat liggen tussen de 10 en de 50, waardes boven de 50 passen bij hyperthyreoïdie. Soms moeten nog andere waardes bepaald worden om de werking van de schildklier goed te beoordelen. Verder kan het zinvol zijn om leverwaardes en nierfunctie te testen, om te kunnen vaststellen of er reeds complicaties zijn opgetreden ten gevolge van de overmaat aan schildklierhormoon.
Soms kunnen wij een vergrote schildklier voelen in het keelgebied. Vaak moeten we dan alsnog bloedonderzoek doen om de diagnose te bevestigen.
Er zijn 4 verschillende therapie opties
1. Medicamenteuze behandeling
We kunnen het schildklierhormoon remmen door middel van medicijnen. Deze moet dagelijks ingegeven worden voor de rest van hun leven. Het is geen kuur, dus als een dag gemist wordt is het niet heel erg. Dan wordt alleen die dag het hormoon niet geremd en is de stofwisseling weer tijdelijk verhoogd. De dosering van het medicijn wordt in de loop van enkele weken opgebouwd, afhankelijk van de gemeten T4 en de eventuele aanwezige complicaties.
Voordeel is dat uw kat niet onder narcose moet voor een ingreep, in sommige gevallen is het erg risicovol om een kat met hyperthyreoïdie onder narcose te brengen.
De nadelen van de medicamenteuze behandeling is dat het geen permanente genezing biedt. De schildklier blijft overproduceren, het hormoon wordt alleen geremd. Verder kunnen katten bijwerkingen op de medicijnen vertonen. De belangrijkste zijn anorexie, beenmergremming en het verder kapot gaan van de nieren. Voor controle op deze bijwerkingen adviseren wij dan ook om 3 weken na het starten van de medicatie een bloedcontrole te doen, daarna afhankelijk van de uitslagen.
Zie voor de bloedcontroles ook het advies op de bijsluiter van de fabrikant. De hematologie (i.v.m. beenmerg), de biochemie (nieren en lever) en de totale T4 in het bloed moeten vóór de behandeling en na 3 weken, 6 weken, 10 weken, 20 weken en vervolgens om de 3 maanden bepaald worden en de dosering dient overeenkomstig te worden ingesteld.
2. Behandeling met radioactieve Jodium isotopen
Hierbij worden radioactieve isotopen intraveneus bij uw kat ingespoten, deze isotopen vernietigen het hyperactieve schildklierweefsel zeer selectief, het gezonde schildklierweefsel wordt niet vernietigd. Het geeft een goed resultaat bij ongeveer 95% van de zieke katten.
Het voordeel is dat na deze ingreep de kat genezen is en geen medicijnen meer nodig heeft. Ook hoeft er geen narcose gegeven te worden en geen scan gemaakt te worden en er is geen risico op beschadiging van de bijschildklieren.
Het nadeel van deze ingreep is dat doordat er gebruik wordt gemaakt van een radioactieve stof, de kat een week intern moet worden opgenomen in een kliniek met een speciaal geïsoleerde ruimte. Deze ingreep kan in Nederland eigenlijk alleen op Dierenkliniek de Lingehoeve te Lienden. Meer informatie vind u op hun website.
3. Behandeling door middel van voer
De schildklier heeft jodium nodig om in te bouwen in het schildklierhormoon. Door jodium volledig weg te houden uit de voeding, kunnen we hyperthyreoïdie behandelen. Er bestaat speciaal voer dat geen jodium bevat. Deze behandeling werkt alleen als de kat niet buiten komt, niet reeds op een ander dieet staat en geen toegang heeft tot ander voer.
4. Chirurgische behandeling
De aangetaste schildklier kan operatief verwijderd worden. Het komt in 80% van de gevallen voor dat beide schildklierlobben overproduceren. Deze moeten dan ook beide verwijderd worden. Hierna moet dan een basis dosis schildklierhormonen gegeven worden.
Heel dicht op beide schildklierlobben ligt een ander zeer klein orgaan, de bijschildklier, deze is enkele millimeters groot. De bijschildklier heeft een belangrijke functie in de calcium huishouding. Bij een operatie kan de bijschildklier beschadigd of verwijderd worden, waardoor de hormoonproductie wegvalt van de bijschildklier. Dit is zeker bij beiderzijdse verwijdering een risico. Dit tekort aan bijschildklierhormoon moet dan ondervangen worden middels medicijnen. De operatie zelf is dus geen grote ingreep, maar wel een precisie werk. Tijdens de operatie vormt de narcose het grootste risico. Dit is de reden om de kat eerst te laten aansterken, de narcosemiddelen aan te passen en gasnarcose te gebruiken.
Het kan ook gebeuren dat er een stukje schildklier gaat zwerven door het lichaam, de ectopische schildklier. Het vervelende is dat de ectopische schildklier ook overproductief kan zijn. Het is dan dus ook noodzakelijk dat duidelijk is waar alle overproductieve schildklierlobben liggen voordat tot operatie wordt overgegaan. De enige manier om dit in beeld te brengen is door middel van een scan bij een specialistische kliniek. Hierbij worden alle deeltjes van de hyperactieve schildklier in beeld gebracht, zodat zeker is dat bij operatie alles verwijderd wordt. Chirurgie van de schildklier wordt tegenwoordig niet veel meer toegepast, doordat veel andere opties mogelijk zijn.
Welke behandeling kiezen we?
De keuze is afhankelijk van een aantal factoren, zoals de leeftijd van de kat, het gemak waarmee tabletten gegeven kunnen worden, de algehele conditie van de kat, de nierfunctie en natuurlijk ook uw financiële mogelijkheden. Indien hyperthyreoïdie is vastgesteld bij uw kat, dan zullen we alle mogelijkheden met u doornemen, om de best mogelijke therapie te kiezen.