Vorige week heb ik voor de tweede keer de documentaire “Het geheime leven van een kat” van de BBC gezien over een onderzoeksteam dat 50 katten heeft gevolgd in het Britse dorpje Shamley Green.
De katten werden gedurende een week voorzien van een GPS tracker. Het onderzoeksteam wist tijdens het onderzoek continu welke kat, zich waar bevond. Om de informatie nog completer te maken kregen sommige katten ook nog een cameraatje om.
Eigenaren werden geïnterviewd over de gedragingen van hun kat en over wat zij dachten dat er buiten gebeurde. De mee naar huis gebrachte prooien werden ook verzameld. Ik vond het meest opvallende dat eigenaren eigenlijk helemaal niet weten wat hun huistijgers buiten uitspoken.
Katten, waarvan de eigenaren dachten dat deze nooit buiten de tuin kwamen, legde soms meer dan 3 kilometer af. Ook was er een kat die op twee adressen woonde.
Buiten zijn onze katten genadeloze concurrenten en rovers, binnen maken ze misbruik van ons ouderschap.
Mijn eigen katten hebben altijd de mogelijkheid gehad om buiten een avontuurlijk leven te hebben. Hiervan zie ik soms de signalen. Doortje is overdag vaak erg moe en ik vermoed dan ook dat ze het ’s nachts erg druk heeft. Gevangen muizen en helaas ook vogeltjes worden keurig netjes mee naar binnen genomen. Voor mij hoeft dat natuurlijk niet, maar de hondjes vinden het prachtig.
Vroeger had ik een Abessijn die het presteerde om bij de buren de aan één kant gebakken biefstuk uit de pan te halen om die vervolgens thuis in mijn bed op te eten.
Even heb ik overwogen of ik Doortje ook een GPS tracker om zou doen, maar ik doe het niet. Uiteindelijk weet, ook ik, niet wat mijn kat buiten doet en eigenlijk vind ik dat ook wel leuk. Haar eigen dubbel leven maakt dat ze is wie ze is. Binnen de liefste huiskat die je maar kan treffen en buiten een meedogenloze strijder.
Met vriendelijke groet,
Jan Willem Baljet